Als januarikind jarig zijn in de zomer
Ik ben jarig. Jarig terwijl de zon schijnt. Misschien is het de zon, misschien het feit dat de mensen hier niet weten dat deze dame 23 is geworden, maar deze dag voelt hetzelfde als die van gister. En eergisteren.
Doorgewinterd
Op mijn verjaardag is het (voor zover ik weet) al 22 jaar koud, winderig en vroeg donker. Er is een kans dat ik daardoor serieuzer van aard ben. Zwaarmoediger misschien. Een denker, een doorgewinterde ambitieuze filosofiestudente. Omdat ik praten over eindigheid heerlijk vind, schrijven over betekenis geven aan het leven een plicht en lezen over grote intellectuelen een uitdaging.
Mijn moeder zei vroeger wel eens dat ik beren op de weg zag. Dat ik niet zo ‘zwaar op de hand’ moest zijn. Maar ik vind beren mooie wilde dieren. Heb jij ooit een grote bruine grizzlybeer op de weg gezien terwijl je in je gehuurde jeep een rondreis maakte door West-Canada? Nee eh? Ik dus wel.
Interessante, aantrekkelijke en grote grizzlyberen
Soms begreep ik die uitdrukking niet zo goed. Beren op de weg zien lijkt iets negatiefs in zich te dragen. Maar de beren die ik zag waren niet per direct gevaarlijk. Eerder groot en met een enorme aantrekkingskracht. Van nature ben ik een nieuwsgierig type en als je je jeep verlaat en uitstapt om zo’n beer aan te raken, tja.. dan doet dat soms pijn.
Die pijn kan diep gaan. Dat heb ik als 15-jarige geweten. Moeite met meedoen in een wereld waar we eigenlijk niet zo goed weten wat te doen. Moeite om mee te doen met het toneelstuk dat leven heet. Moeite omdat ik een pijn voelde in mij waar ik later in de filosofie pas woorden voor kreeg.
Het houdt mij in ieder geval niet tegen om met mensen het gesprek aan te gaan. Om taboes op tafel te gooien en de schrik van hun gezicht te lezen als ik ze wil voorstellen aan een aantal beren. Zwaarmoedigheid of beren op de weg zien is iets anders dan openstaan voor de niet uitgesproken aannames die mensen geneigd zijn te zien als waarheid.
Dat ik wil praten over pedofilie, slechts om ruimte te scheppen in iemands brein en kortzichtigheid in het denken weg te nemen, wil niet zeggen dat ik een voorstander ben van kindermisbruik. Als ik vraag waarom we (het) leven koste wat het kost moeten waarderen en leuk moeten vinden, wil dat niet zeggen dat ik depressief ben.
Een januarikind
Mijn moeder wilde een lentekind. Een meikindje. Het klonk haar goed in de oren en misschien had ik dan minder nagedacht over dingen waar mensen het eigenlijk helemaal niet over willen hebben. Wegkijken en doodgaan is makkelijker dan uit de jeep stappen, beren aaien, pijn voelen en doodgaan. Toch zou ik er zelf niet voor willen kiezen.
Hoeveel zinloosheid er ook door mij heen zal razen in dit leven, ik ben altijd gelukkiger mét mijn filosofieboek onder mijn arm dan zonder. En zeg nu zelf: zijn er heel veel mensen die in hun leven een beer hebben aangeraakt? Ik geniet er keer op keer van. De gevolgen neem ik voor lief. Ik ben en blijf toch een januarikind.